GODS BEDIENING VOOR

VROUWEN

door Thomas Bruscha

       In de Bijbel, en vooral in de brieven van Paulus lezen we dat God zowel de man als de vrouw gelijkwaardig in Christus gemaakt heeft. In de Here Jezus worden zij beiden geaccepteerd, volmaakt gemaakt, en gezegend met alle geestelijke zegeningen. In Christus Jezus wordt aan hen beiden een eeuwige erfenis beloofd, en een beloning voor trouwe dienst, zonder onderscheid.

 

Een serieuze student van de Schriften zal echter zeker tot de ontdekking komen dat God voor mannen en vrouwen in dit leven een verschillende dienst tot stand heeft gebracht. Leven onder de wil van God, en geleid worden door de Heilige Geest houdt in dat we God dienen binnen het ontwerp en de grenzen die Hij voor ons uiteenzet in Zijn Woord, de Bijbel. Mannen in de gemeente, en echtgenoten in hun huizen, behoren een liefdevol leiderschap uit te oefenen, en hebben als dienaars van de Here een verantwoordelijkheid gekregen om te leren en te onderwijzen. Vrouwen in de gemeente, en echtgenotes thuis, belijden ware godsvrucht als zij als dienaars van Christus zich onderdanig opstellen en liefdevol dienen.

 

Paulus geeft in zijn brieven maar twee opdrachten die de dienende capaciteit van vrouwen beperkt. Alle twee hebben betrekking op de plaatse­lijke gemeente. Ze staan in I Korinthe 14:34,35 en I Timotheüs 2:11,12, waar we lezen:

 

"Dat uw vrouwen in de gemeenten zwijgen; want het is hun niet toegelaten te spreken, maar bevolen onderworpen te zijn, gelijk ook de wet zegt. En zo zij iets willen leren, laat ze thuis hun eigen mannen vragen; want het staat lelijk voor de vrouwen, dat zij in de gemeente spreken. (I Korinthe 14:34,35)

 

"Een vrouw late zich leren in stilheid, in alle onderdanigheid. Doch ik laat de vrouw niet toe, dat zij leert, noch over de man heerst, maar wil dat zij in stilheid is." (I Timotheüs 2:11,12)

 

Opmerking: In beide gevallen geldt dat als echtgenoten en echtgenotes met elkaar overeenstemmen in het gehoorzamen van deze twee verzen, dan zal de plaatselijke gemeente geen behoefte hebben om uit te weiden over dit onderwerp, of iemand beperkingen op te leggen.

 

Als ongetrouwde mannen en vrouwen (evenals een willekeurig getrouwd persoon die de gemeente alleen bezoekt) deze principes voor de gemeente erkennen, dan zullen zij ook geleid door de Heilige Geest, begrijpen wanneer het de geschikte tijd is om God te eren met hun vragen, opmerkingen of discussies.

 

Volgens de Schrift zijn er zeker andere plaatsen en gelegenheden waar open discussies, vragen en onbeperkt onderwijs kunnen plaatsvinden. Deze gelegenhe­den zijn simpelweg die momenten die niet strijdig zijn met de toerustende, lerende taak van de oudsten. Dit kan dus elke gelegenheid zijn buiten de regelmatige, geplande studietijd, (met andere woorden: de officiële ontmoe­tingen) van de gemeente. Elke gelovige behoort zelf de beslissing te nemen om deze verzen te gehoorzamen, en als volwassen zonen van God de juiste momenten te kiezen om te spreken. God heeft de grenzen gesteld. De gemeente behoort niet Zijn politieagent te worden.

 

Het christelijke leven is een groeiproces. Het is een constante vernieu­wing van kennis en manier van denken, die gevolgd wordt door het afleggen van de werken en wandel die niet overeenstemmen met deze nieuwe kennis. Het resultaat hiervan behoort te zijn "Christus leeft in mij door het geloof"[1]. Het veranderen van onze gewoon­ten en manier van denken is al moeilijk genoeg, maar dan is er ook nog de satan, die door geestelij­ke oorlogvoering probeert om verdeeldheid te zaaien. Zijn aanval­len zijn altijd gericht tegen wat God heeft gezegd. Hij zal altijd eerst proberen om ons te laten twijfelen  aan wat God heeft gezegd, en daarna zal Hij ons proberen te verleiden om te ontkennen wat God heeft gezegd. Wees voorzich­tig in de omgang met de verzen in uw Bijbel. De Bijbel is het Woord van God. Het geeft ons informatie over wat goed en slecht is. We gaan het niet aanpassen aan hoe wij denkenover wat goed en slecht is. In II Korinthe 2:17 zegt Paulus:

 

"Want wij dragen niet, gelijk velen, het Woord Gods te koop, maar als uit oprechtheid, maar als uit God, in de tegenwoordigheid Gods, spreken wij het in Christus."

 

 En Hij voegt hieraan toe in II Korinthe 4:2:

 

"Maar wij hebben verworpen de bedekselen der schande, niet wandelende in arglistigheid, noch het Woord Gods vervalsende, maar door openbaring der waarheid onszelf aangenaam makende bij alle gewetens der mensen, in de tegenwoordigheid Gods."

 

Satan gebruikt nog een andere aanvalsmethode om een persoon aan het twijfelen te brengen over de goedheid van God. Hij doet dit door te wijzen op de beperkingen die God oplegt, om Hem zodoende van oneerlijkheid te betichten. Satan zei tegen Eva:

 

"... Is het ook, dat God gezegd heeft: Gij zult niet eten van alle boom van deze hof?" (Genesis 3:1)

 

Satan verdraaide als het ware Gods woorden en legde er zo een negatieve klank in. Hij legde de nadruk op die ene beperking die God had gegeven, en impliceerde dat zij van geen enkele boom mochten eten. God zei daarentegen:

 

"...van alle boom van deze hof zult gij vrij eten; Maar van de boom der kennis des goeds en des kwaads, daarvan zult gij niet eten; want ten dage, als gij daarvan eet, zult gij de dood sterven." (Genesis 2:16,17)

 

Daarna legde God uit waarom Hij voor hun bestwil had geboden dat zij niet van deze ene boom mochten eten.

 

Op dezelfde wijze probeert satan problemen te veroorzaken over Gods bediening voor de vrouw. Er wordt teveel nadruk gelegd op de twee beperkin­gen die vrouwen in de gemeente der heiligen zijn opgelegd. Het is overdui­delijk dat apart van de opbouw van gelovigen in de officiële samenkomst van de gemeente, er een onbeperkt aantal gelegenheden en bedieningen zijn waarin de vrouw de Here kan dienen.

 

De volgende Schriftgedeelten zijn onze gids geweest in het beschrijven van zeven mogelijke terreinen waaraan de vrouw kan deelnemen:

 

Handelingen 18:24-26

Efeze 5:21-6:4

Romeinen 16:1-16

Filippensen 4:1-4

I Korinthe 11:1-12; 14:26-35

I Timotheüs 2:8-15; 3:8-15; 5:11-14

Galaten 3:26-29

Titus 2:3-5

 

 Het hierna volgende is slechts een voorproefje van de vele gebieden waaraan gedacht kan en moet worden.

1.DE BEDIENING VAN ONDERWIJS

 

Vrouwen zijn op een unieke wijze begaafd en bekwaam om kinderen te onderwijzen. Als een helpster van haar man, deelt de vrouw in de verant­woordelijkheid om thuis dagelijks de eigen kinderen te onderwijzen. De kinderen behoren opgevoed en onderwezen te worden aangaande normen en waarden, de praktijk van het leven, sociale vaardigheden, zelfbeheer­sing en geestelijk leven.

 

Een vrouw kan ook haar huis gebruiken om andere kinderen te bereiken. Ze kan bijvoorbeeld een wekelijkse samenkomst voor haar buurtkinderen organi­se­ren, een Bijbel klub, of iets soortgelijks.

 

Een vrouw kan haar onderwijsvaardigheden gebruiken in de zondagsschool-bediening van de plaatselijke gemeente, door kinderen te onderwijzen. Ze kan ook tienermeisjes leren, evenals volwassen vrouwen.

 

De Schrift vertelt oudere, godvruchtige vrouwen dat zij de jongere vrouwen van de gemeente verschillende dingen kunnen leren (hetzij thuis, in het gebouw van de gemeente, of zelfs in een ander huis):

 

a. om bescheiden te zijn

b. om hun mannen lief te hebben

c. om hun kinderen lief te hebben

d. om discreet, taktvol te zijn

e. om eerbaar te zijn

f. om een goede huisvrouw te zijn

g. om goed te zijn

h. om hun mannen te gehoorzamen

 

2. DE BEDIENING VAN EVANGELISATIE

 

Een vrouw kan haar huis gebruiken om te evangeliseren, bijvoorbeeld door een Bijbelstudie voor zowel mannen als vrouwen te leiden. Het is echter bijbels dat als en wanneer sommigen behouden worden, deze doorgestuurd worden naar de plaatselijke gemeente. Een vrouw kan een man blijven onderwijzen, als deze naar haar toekomt op een persoonlijke basis.

 

Er zijn nog veel meer manieren waarop een vrouw het evangelie kan brengen. Zij kan op een persoonlijke basis getuigen in haar direkte omgeving, op haar werk, of in andere openbare gelegenheden. Ze kan traktaten uitdelen, of misschien deelnemen aan een van deur tot deur evangelisatieaktie. Ze kan meewerken aan of zelfs lesgeven in een programma op radio of televi­sie.

 

3. DE MUZIEKBEDIENING

 

Muziek is altijd een doeltreffend middel geweest om tot de ziel van de mens door te dringen. Dit is een gebied waarop vrouwen kunnen uitblinken. Voor eens en voor altijd, iedere zanger behoort vanuit het hart voor de Here te zingen. Hij is Degene voor wie men werkelijk zingt. Maar de muziekbediening vormt een prachtig hulpmiddel in het onderwijs. Een solist die zingt voor de Here, onderwijst tegelijkertijd de gemeente (op een indirekte manier). Een soliste kan haar talent gebruiken om God te eren, door haar stem naar Hem op te heffen en van Zijn heerlijkheid te zingen. De woorden van haar lied zullen het hart van de luisteraars zegenen en onderrichten.

 

Opmerking: Elke keer dat een persoon zijn talent gebruikt om God te eren, zal trots van nature proberen de kop op te steken. Iedereen behoort er op te letten dat men deze bediening niet misbruikt door de aandacht naar zichzelf toe te trekken. En een vrouw behoort haar toespraak te beperken tot de woorden van het lied.

 

Er zijn nog meer mogejijkheden die een talentvolle vrouw kan gebruiken tot eer van de Here in de gemeente. Ze kan een muziekinstrument bespelen, zoals een piano of orgel, solo of als begeleiding van de zang in de gemeente. Een vrouw kan zingen in een koor of in een zanggroepje. Een vrouw kan ook zingen en reizen in een evangelisatie groep. En vanzelfsprekend behoort zij haar stem te mengen met alle andere stemmen in de samenzang van de gemeen­te.

 

4. DE BEDIENING VAN SCHRIJVEN

 

Ik ken een evangelist die denkt dat iedere gelovige zijn eigen getuigenis moet opschrijven, en in traktaatvorm moet laten drukken. Iemand een traktaat geven is dan meer persooonlijk en daarom misschien meer effektief. Zijn vrouw heeft een zeer doeltreffend traktaat geschreven, getiteld: "Religieus maar verloren". Een persoonlijke getuigenis op schrift stellen is altijd een goed begin van een schrijfbediening van zowel een man als vrouw.

 

Het schrijven van brieven is een bediening die gedaan kan worden zonder het huis te verlaten. Ik heb adressen van mannen en vrouwen verspreid over het hele land die mijn boekje "Het Woordenboek van het Evangelie" gelezen hebben. Ik heb iedereen van hen één keer geschreven, maar ik kan deze bediening niet voortzetten. Er zijn ook zendelingen die het zeer op prijs stellen om brieven te ontvangen, en gevangenen die graag een kaart ontvangen. Hier ligt nog een groot open veld voor vrouwen.

 

Binnen de gemeente zijn er veel mogelijkheden voor een schrijfbediening. Aan bezoekers kan een brief gestuurd worden waarin ze bedankt worden voor hun komst, en aangemoedigd worden om nog eens te komen. Er is een wekelijks bulletin waarin iedereen een artikel kan schrijven. We proberen een boekje samen te stellen met getuigenissen van degenen die naar onze gemeente komen.

 

Daarnaast is er nog veel werk te doen op het terrein van het schrijven en publiceren van zondagsschoolmateriaal, waarin het genade evangelie[2] centraal staat, en waarmee een vrouw haar voordeel kan doen. Trouwens, elk soort boek dat de Here verheerlijkt, is een mogelijkheid voor gelovige vrouwen. Zelfs binnen onze eigen gemeente hebben we een vrouw die christlijke kinderliedjes schrijft, en deze met anderen deelt.

 

5. DE BEDIENING VAN HET GEVEN

 

Eén van de fijnste bedieningen waaraan iedereen kan deelnemen is de bediening van "geven". II Korinthe 8 leert ons dat voordat iemand ook maar iets kan geven, hij dat eerst zichzelf moet kunnen geven. Jezelf aan de bediening van de heiligen geven, betekent bereid te zijn om tijd in gebed voor hen door te brengen, te luisteren naar hun noden, te helpen zoveel als je kan, en zeker ook het geven om aan hun behoeften tegemoet te komen, door bijvoorbeeld te geven van je tijd, energie, kennis of geld.

 

6. DE BEDIENING VAN HET REIZEN

 

In de juiste situatie kan een vrouw een officiële ambassadeur worden van onze plaatselijke gemeente. Als een zendeling naar een ander land, of als vertegenwoordiger van onze bediening op landelijk niveau. Daarnaast zijn er veel zaken die wekelijks gedaan moeten worden, zoals het afleveren van cassettes, het kopen van benodigheden voor de gemeente en het verzorgen van vervoer van mensen naar en van de zondagsdienst, die helemaal geen vervoer hebben. En waarschijnlijk kunnen deze mensen ook geholpen worden met vervoer voor persoonlijke behoeften.

 

7. DE BEDIENING VAN DIENEN

 

Terwijl dit niet de meest aantrekkelijke of uitnodigende bediening is waaraan vrouwen kunen deelnemen, is het toch van vitaal belang. Het gebouw waarin we samenkomen, behoort schoongemaakt te worden, de vloer moet gedweild worden, de vloerbedekking gezogen, en de ramen gezeemd....er komt geen einde aan. Sommige oudere mensen hebben fysieke hulp nodig. En dan is er nog het werk in de crèche. Het mededelingenbord van de gemeente moet maandelijks aangepast worden.

 

Ook een diakones kan officiële verplichtingen uitvoeren, zoals het eigen­lijke bezoekprogramma of het bezoeken van zieken in het ziekenhuis. De echtgenote van een diaken kan ervoor kiezen om voor de dienst samen met haar man bij de ingang te staan, en de bezoekers te verwelkomen. Verschil­lende gemeentelijke aangelegenheden behoren gepland en voorbereid te worden, zoals dagtochtjes, picknicks en etentjes.

 

TENSLOTTE

 

Al het bovenstaande zijn alleen een paar van de bedieningen die God aan vrouwen gegeven heef, in en buiten de plaatselijke gemeente. We moeten echter voor ogen houden dat al deze dingen van secundair belang zijn voor God. De belangrijkste bediening die God aan vrouwen gegeven heeft, is om een godvruchtig leven te leiden als individuele vrouw. Als ze getrouwd is behoort ze een ondersteunende vrouw voor haar man te zijn. Als ze kindern heeft, behoort ze hen toegewijd te leiden. Ze is verantwoordelijk voor het bijbrengen van Bijbelse normen en waarden aan de kinderen, waarmee God haar gezegend heeft.

 

Alleen wanneer aan deze dingen voldaan is, als er dan nog tijd over is, kan een godvruchtige vrouw ervoor kiezen om anderen te bereiken op één van deze vele manieren.

** Einde **



[1]Zie Galaten 2:20, Efeze 4:22-24