De Schepping

door 

J.W.Weeda

 

De leer der schepping

Genesis 1 vers 1

In den beginne schiep God de hemel en de aarde

 

Inleiding:

In Hoofdstuk 1 van Genesis komt duidelijk naar voren in de Bijbel dat het universum of heelal is gemaakt door God. De Bijbel is uniek in de leer der schepping. De Bijbel leert dat de hemel en aarde en al wat daarin is geschapen werd door God en dat God de Eeuwige is en dat Hij de eerste is en de motor achter het universum is. Hoe belangrijk is de leer der Schepping omdat:

Deel I

     1) De Bijbel legt een grote nadruk op deze leer. Niet alleen staat in de Bijbel in de  2 hoofstukken van Genesis  over de schepping maar de Bijbel verwijst meer dan 50 keer over de schepping. Deze zijn terug te vinden in schepte, geschapen, schepping en Schepper! Het woordje maak of gemaakt is hierbij belangrijk.  Dus niet alleen de eerste 2 hoofdstukken van de Bijbel verwijst hiernaar. We hebben een aantal belangrijke teksten die we met u als lezer willen delen en die zijn terug te vinden in bijvoorbeeld Jesaja hoofdstuk 40 t/m 42. In Johannes 1: 1 t/m 3 lezen wij deze belangrijke woorden: "In den beginne was het Woord, en het Woord was bij God, en het Woord was God. Dit was in den beginne bij God. Alle dingen zijn door Hetzelve gemaakt, en zonder Hetzelve is geen ding gemaakt, dat gemaakt is"  Een paar teksten die hiermee overeenkomen zijn de volgende: "Dewelke het Beeld is de onzienlijke Gods, de Eerstgeborene aller kreaturen. Want door Hem zijn alle dingen geschapen, die in de hemelen en die op de aarde zijn, hetzij tronen, hetzij heerschappijen, hetzij overheden, hetzij machten, alle dingen zijn door Hem en tot Hem geschapen; En Hij is voor alle dingen, en alle dingen bestaan te zamen door Hem"  En zo zijn er een aantal verzen in de Bijbel die verwijzen naar de schepping bijvoorbeeld Hebreeen 1 vers 2, Psalm 33 vers 6: Door het Woord des Heeren zijn de hemelen gemaakt, en door de Geest Zijns monds al hun heir.  Verder leest u in  Psalm 95 vers 5, 96 vers 5, 100: 3, 104 vers 24, Psalm 115:15, 119:73, Psalm 121 vers 2, 136 vers 5 en 146 vers 6. allemaal over de schepping 

   Wat vermeldingswaardig is, is dat 12 van de Oude Testamentische boeken en 13 van de Nieuw Testamentische boeken verwijzen naar het scheppingswerk van God! 

  2) De leer van de schepping is erg belangrijk tot de juiste aanbidding van God! 

We hebben de allerhoogste God Die alles geschapen heeft wat bestaat! Dan hoeven in feite de dingen die geschapen zijn niet aanbeden worden door mensen! Door de zondeval werd de mens een afgodendienaar. In Romeinen 1 vers 19 t/m 23 lezen wij het volgende over dit: "Overmits hetgeen van God kennelijk is, in hen openbaar is; want God heeft het hun geopenbaard Want Zijn onzienlijke dingen worden , van de schepping der wereld aan, uit de schepselen verstaan en doorzien, beide Zijn eeuwige kracht en Goddelijkheid, opdat zij niet te verontschuldigen zouden zijn. Omdat zij , God kennende , hem als God niet hebben verheerlijkt of gedankt; maar zijn verijdeld geworden in hun overleggingen en hun onverstandig hart is verduisterd geworden; Zich uitgevende voor wijzen, zijn zij dwaas geworden. En hebben de heerlijkheid des onverderfelijken Gods veranderd in de gelijkenis eens beeld van een verderfelijk mens, en van gevogelte, en van viervoetige en kruipende dieren".  Deze verzen laten zien dat de gevallen mens er niet van houdt om aan de wijsheid van God vast te houden en hijzelf een beeld maakt en dat gaat aanbidden en zo zijn er in deze wereld veel mensen die een afgod aanbidden en denken dat dit een god is die hen helpt door alles heen. 

  3) De leer van de schepping is belangrijk want dit laat de transcendentie of overstijging van God zien.  

Veel religieuze systemen waaronder Pahtheisme wat vasthoudt dat God identiek is als de Schepping is echt een misvatting. God echter is de Schepper. Hij moet hebben bestaan voor en apart van de schepping. Daarom zijn alle Pantheistische systemen vals. God verklaart dat Hij is boven alles door de Schriften heen. In Efeze 4 vers 6 lezen wij het volgende: Een God en Vader van allen, Die daar is boven allen en door allen en in u allen. In Romeinen 9 vers 5 lezen wij: "Welker zijn de vaders, en uit welke Christus is, zoveel het vlees aangaat, Dewelke is God boven allen te prijzen in der eeuwigheid. Amen. En in Psalm 97 vers 9 lezen wij het volgende: Want Gij Heere! zijt de Allerhoogste over de gehele aarde; Gij zijt zeer hoog verheven boven alle goden"

 4) De opperheerschappij van God of de soevereiniteit is gerelateerd aan de leer der schepping

God is de Pottebakker van het heelal! Hij alleen heeft alles geschapen zoals het is zodat Hij alles bezit en recht doet met alles wat Hem behaagt. Zijn Soevereiniteit laat zien in Zijn Woord de Bijbel dat deze leer is een van de grootste comforts en verzekering. In Romeinen 9 vers 21 lezen wij: Of heeft de pottebakker geen macht over het leem, om uit dezelfde klomp te maken, het ene vat ter ere, en het andere ter onere? 

5) De leer van de schepping is belangrijk omdat het de basis is van de eenheid van het menselijk geslacht. In deze wereld heb je de evolutie theorie en die vertelt ons te geloven  dat er verschillende rassen zijn bij mensen. De Bijbel zegt echter iets anders en dat kunnen we lezen in Handelingen 17 vers 24 t/m 28: "De God, Die de wereld gemaakt heeft en alles wat daarin is; Deze, zijnde een Heere des hemels en der aarde, woont niet in tempels met handen gemaakt; En wordt ook van mensenhanden niet gediend, als iets behoevende, alzo Hij Zelf allen het leven, ende adem, en alle dingen geeft; En heeft uit een bloede het ganse geslacht der mensen gemaakt, om op de gehele aardbodem te wonen, bescheiden hebbende de tijden te voren geordineerd, en de bepalingen van hun woning. Opdat zij de Heere zouden zoeken, of zij Hem immers tasten en vinden mochten; hoewel Hij niet verre is van een ieder van ons. Want in Hem leven wij en bewegen ons, en zijn wij: gelijk ook enigen van uw poeten gezegd hebben: Want wij zijn ook Zijn geslacht" Hier is het antwoord beste lezer! Er is maar een menselijk ras en wij stammen allemaal af van Adam en Eva, de eerste mensen. Elk mens wordt geboren in deze wereld met een zondige natuur, of die nu zwart, bruin, blank of geel is. Voor God maakt dit niet uit. Hij heeft hen allemaal geschapen. Het heeft puur te maken wat voor huid je hebt. En dan komen we gelijk met het volgende punt beste lezer:

6) Nauw gekoppeld met de eenheid van het menselijk geslacht  is de Schriftelijke leer van toerekening van Adam's zonde naar alle mensen toe welke is een reden voor het belang van de leer der schepping

In Romeinen 5 vers 12 t/m 21 lezen wij beste lezer het volgende: "Daarom, gelijk  door een mens de zonde in de wereld ingekomen is, en door de zonde  de dood; en alzo de dood tot alle mensen doorgegaan is , in welke allen gezondigd hebben" vers 12. In I Korinthe 15 vers 21 en 22 lezen wij iets opmerkelijks: Want dewijl de dood door een mens is, zo is ook de opstanding der doden door een Mens. Want gelijk zij allen in Adam sterven, alzo zullen zij ook in Christus allen leven gemaakt worden" En in vers 45 lezen wij van het volgende hoofdstuk het volgende: Alzo is er ook geschreven; De eerste mens Adam is geworden tot een levende ziel; de laatste Adam tot een levendmakende Geest.  Er is hoop beste lezer en ook u kunt de Heere Jezus Christus aanvaarden als uw persoonlijk Verlosser! Door te aanvaarden dat Hij ook voor u aan het kruis de zonden van u droeg. I Korinthe 15:3-4. Erken dat u in Adam een levende ziel bent maar niet gered en dat u door Christus gered kan worden voor eeuwig en dat dan Zijn Geest in u gaat wonen. Geloof in de Heere Jezus Christus en gij zult behouden worden. Behouden voor de eeuwigheid!!!

7) De leer der schepping is erg belangrijk omdat het onthuld beide eenheid van het huwelijk alsook dat de man het hoofd is. 

Mensen zijn geen dieren  en het huwelijk is niet simpel een culturele doelmatigheid. De mens was de directe schepping van God en de vrouw was gemaakt uit de man. We lezen Genesis 2 vers 21 t/m 24: Toen deed de Heere God een diepe slaap op Adam vallen, en hij sliep en Hij nam een van zijn ribben, ensloot derzelver plaats toe met vlees. En de Heere God bouwede de ribbe, die Hij van Adam genomen had tot een vrouw, en Hij bracht haar tot Adam. Toen zeide  Adam: Deze is ditmaal been van mijn benen, en vlees van mijn vlees! men zal haar Manninne heten, omdat ij uit de mand genomen is. Daarom zal de mand zijn vader en zijn moeder verlaten en zijn vrouw aankleven; en zij zullen tot een vlees zijn.  De apostel Paulus leert dat de man het hoofd is van de vrouw vanwege het feit dat hij eerder is geschapen dan de vrouw. In I Korinhe  11 vers 3, 8 en 9 lezen wij het volgende: Doch ik wil dat gij weet, dat Christus het Hoofd is eens iegelijks man, end e man het hoofd der vrouw, en God het Hoofd van Christus. Want de man is uit de vrouw niet, maar de vrouw is uit de man. Want ook is de man niet geschapen om de vrouw, maar de vrouw om de man. 

8) De leer der schepping is erg belangrijk omdat het antwoorden geeft omtrent de vraag: Waar komen we vandaan?  Zonder Gods Geest wordt het bijna onmogelijk om dit te achterhalen omdat men dan niet de kennis van God heeft door middel van Zijn Woord de Bijbel. De mens zonder God kan beredeneren dat wij als mensen een simpel weg biologisch ongeluk zijn en dat het heelal waarin wij leven altijd heeft bestaan maar dit laat geen basis van morele waarheid en het geeft de mens een verkeerde kijk op het universum 

9) Tenslotte, de leer der schepping is belangrijk omdat het volkomen te vertrouwen is vanuit de Schriften.  Als de schepping niet een feit is dan zijn de Schriften die het beweren niet waar. Niet de betrouwbaarheid van het Oude en Nieuwe Testament omvergeworpen maar Christus Zelf zou in diskrediet worden gebracht sind Hij getuigt van de waarheid van de schepping

Deel 2 

De Schepping

Er was een begin en daarvoor was God. Hij is van eeuwigheid tot eeuwigheid. Dit was dus niet het begin van God maar het begin van de hemelen en de aarde. Er is geen aanduiding wanneer het begin was. Nogmaals lezen wij Genesis 1 vers 1: In den beginne schiep God de hemel en de aarde.  Sommigen speculeren over dit begin dat het miljoenen jaren geleden moest plaatsvinden en weer anderen claimen ruim 4000 voor Christus. Weten doen we het niet en dat is ook niet belangrijk. Het allerbelangrijkste is dat de hemelen en de aarde geschapen zijn door God. God schiep de hemelen en de aarde in het begin. Pas in Genesis 1 vers 21 lezen we dat God de dieren schiep naar hun aard en in vers 27 lezen wij: En God schiep de mens naar Zijn beeld, naar het beeld van God schiep Hij hem; man en vrouw schiep Hij ze. De materie had God al geschapen en Hij schiep de mens van materie die Hij geschapen had en maakte met deze materie de mens. De aarde was geschapen voor de mens en dieren om erop te wonen, te leven. Nergens in de Bijbel kunnen wij lezen dat God een andere planeet gemaakt had waar ook leven mogelijk was. Nadat God de hemel en de aarde geschapen had  was de aarde woest en ledig en de duisternis was op de afgrond en de Geest Gods zweefde op de wateren. Genesis 1:2 Of deze conditie het gevolg was van de methode  door welke de schepping was aangetast of dat dit een gevolg was van Gods oordeel kunnen wij niet terugvinden in het boek Genesis. In Jesaja 45 vers 18 lezen wij het volgende: Want alzo zegt de Heere, Die de hemelen geschapen heeft, Die God, Die de aarde geformeerd en Die ze gemaakt heeft; Hij heeft ze bevestigd, Hij heeft ze niet geschapen, dat zij ledig zijn zou, maar heeft ze geformeerd, opdat men daarin wonen zou: Ik ben de Heere, en niemand meer" In Genesis 1 vers 2 staat er vertaald vanuit het Hebreewse woord tohu zonder vorm. Alles wat het boek Genesis ons vertelt is dat de aarde woest en ledig was voordat het werk van de 6 dagen begon. Het werk van de 6 dagen was hoofdzakelijk dat de aarde een geschikte plaats werd voor planten, dieren en mensen en de schepping van zulks leven op deze planeet. De 6 dagen worden dus ook de schepping genoemd. 

Het werk van de 6 dagen

1) Het roepen van God van Licht. Dit lezen wij in Genesis 1 ver 3 t/m 5: En God zeide : Daar zij Licht! en daar werd licht. En God zag het licht, dat het goed was; en God maakte scheiding tussen het licht en tussen de duisternis. En God noemde het licht dag, en de duisternis noemde Hij nacht. Toen was het avond geweest, en het was morgen geweest, de eerste dag. God schiep het Licht daar er nog geen zon, maan en sterren waren op de eerste dag. Dit kwam op de vierde dag pas. In de originele schepping van God was er dus licht. 

2) Op de tweede dag maakte God het uitspansel en maakte scheiding tussen het water op aarde en water wat boven het uitspansel was. Het uitspansel werd hemel genoemd door God. Het water boven zit in de wolken. 

3) Op de derde dag kwam er droog land op de aarde en de aarde bracht voort gras, , kruid, zaadzaaiende, vruchtbaar geboomte, zaadzaaiende bomen naar zijn aard en dit was alzo. Een plant of boom behoort zonlicht te krijgen om te kunnen groeien wat pas op de vierde dag kwam. Als we de geologie moeten geloven zou dit eeuwen geduurd hebben dan zouden we nu een probleem hebben maar gelukkig is dit niet zo want God schiep dit de vierde dag

4) Op de vierde dag schiep God de zon, maan en sterren. Deze hemellichamen waren al gemaakt in de beginne maar nu werden ze zichtbaar op het oppervlak van de aarde. 

5 Op de vijfde dag maakte God de grote walvissen, de vissen en alles wat zwemt en zich voortbeweegt in het water en de vogels alles naar zijn aard. 

6) Op de zesde dag maakte God al de dieren, het wildgedierte en alle kruipende dieren naar hun aard en Hij maakte ook de mens, de kroon der schepping. Genesis 1 vers 26 en 27: En God zeide: Laat Ons mensen maken, naar Ons beeld, naar Onze gelijkenis; en dat zij heerschappij hebben over de vissen der zee, en over het gevogelte des hemels en over het vee en over de gehele aarde en over al het kruipend gedierte, dat op de aarde kruipt. En God schiep de mens naar Zijn beeld; naar het beeld van God schiep Hij hem, man en vrouw schiep Hij ze" Op de oorspronkelijke aarde liet God het niet regenen maar er was een mist die van de aarde opsteeg of damp en dat bevochtigde de aarde. De mens had God gemaakt of geformeerd uit het stof der aarde en in zijn neusgaten geblazen de adem des levens en zo werd de mens tot een levende ziel. De mens Adam mocht ook later de dieren allen een naam geven nadat hij geplaatst was in de Hof van Eden. Hij mocht alleen van de boom der kennis van goed en kwaad niet eten want dan zou hij de dood sterven Genesis 2:17.  Voor de mens vond God geen hulpe die als tegen hem over ware Genesis 2:20. In vers 21 en 22 lezen wij hoe God Eva, de vrouw maakte als hulp voor Adam de man. 

De Schepper

In het Oude Testament wordt God Elohim genoemd. Elohim maakte. We kunnen dit lezen in Genesis 1 vers 1, Genesis 1:21, 27, Genesis 2: 3 en Genesis 5 vers 1, Deuteronomium 4 vers 32, Maleachi 2:10: Hebben wij niet allen een Vader? Heeft niet een God ons geschapen? Waarom handelen wij dan trouweloos de een tegen de ander, ontheiligende het verbond onzer vaderen" (Dit in verband met het volk Israel). In Genesis 2 waar we meer kunnen lezen over de schepping van de mens lezen we dat God hier genoemd wordt De Heere God (Jehova Elohim). Dit was om de mens in de relatie tot God als Heer te brengen. God de Vader, Zoon en Heilige Geest waren actief in het werk van de schepping. In Efeze 3 vers 9 lezen wij het volgende: En allen te verlichten, dat zij mogen verstaan, welke de gemeenschap der verborgenheid zij die van alle eeuwen verborgen  is geweest in God, Welke alle dingen geschapen heeft door Jezus Christus.  Dus de schepping is volbracht door Jesus Christus. In Kolossensen 1 vers 16 lezen we nog zo'n mooie tekst: Want door Hem zijn alle dingen geschapen, die in de hemelen en die op de aarde zijn, die zienlijk en onzienlijk zijn, hetzij tronen, hetzij heerschappijen, hetzij overheden, hetzij machten, alle dingen zijn door Hem en tot Hem geschapen.   En ook Johannes zegt in Johannes 1 vers 3 het volgende: Alle dingen zijn door Hetzelve gemaakt, en zonder Hetzelve is geen ding gemaakt, dat gemaakt is. Oorspronkelijk Hetzelve is de Heere Jezus Christus mijn beste lezers! Wat een geweldige God hebben wij. Uit het niets schiep Hij alles door de Heere Jezus Christus!!!! Sta hier eens een tijdje bij stil en realiseer hoe groot is God onze Heere.  

Deel 3

De omvang van de schepping

Om het werk van God op prijs te stellen in de schepping zal de student van het Woord moeten begrijpen over de omvang van het universum. God's grootheid is te zien op het gebied van materie en dat van de geest. Waarom , we mogen dit informeren, schiep God een zo'n groot universum? Waarom schiep God zoveel miljoenen sterren, schiep Hij andere planeten? We kunnen ons dit allemaal wel afvragen maar het is er en we lezen in Psalm 8 vers 4 het volgende: Als ik Uw hemel aanzie, het werk Uwer vingers, de man en de sterren, die Gij bereid hebt.  In Psalm 19 vers 2 lezen wij: De hemelen vertellen Gods eer, en het uitspansel verkondigt Zijn handen werk" De Psalmist hier in deze verzen die geen wetenschapper was en de kennis der menselijk wetenschap niet bezat zag  de grootheid van God geopenbaard door de schepping en hij werd nederig en dit vroeg hij: Wat is de mens dat Gij zijner gedenkt, en de zoon des mensen, dat Gij hem bezoekt? Psalm 8 vers 5

De Aarde

De Bijbel, God's Woord spreekt tot ons in Jesaja 40 vers 22 van de aardkloot wat betekent rond: Hij is het , Die aar zit boven de kloot der aarde, en derzelver inwoners zijn als sprinkhanen: hij is het, Die de hemelen uitspant als een dunne doek en breidt ze uit als een tent, om te bewonen. Sinds Jesaja's dagen heeft de mens geleerd hoe men de aarde moet wegen en andere hemellichamen. Jesaja 40 vers 12 laat zien dat alleen God dit kan.  In Spreuken 25 vers 2 lezen wij het volgende: Het is Gods eer een zaak te verbergen; maar de eer der koningen een zaak te doorgronden 

Het Zonnestelsel

Er is weinig indicatie van de Schrift dat de schrijvers maakten enig onderscheid tussen planeten en sterren. Grieken noemden de zwervende hemellichamen planeten van het Griekse woord planao. In Judas 13 lezen wij: Wilde baren der zee, hun eigen schande opschuimende; dwalende sterren, dewelken de donkerheid der duisternis in der eeuwigheid bewaard wordt.  Er wordt in de Bijbel ook gesproken over vallende sterren of misschien wel kometen. Er zijn een aantal verwijzingen naar vallende sterren te vinden in de volgende Schriften: Daniel 8 vers 10: En hij werd groot tot aan het heir des hemels; en hij wierp er sommigen van dat heir; namelijk van de sterren, ter aarde neer, en hij vertrad ze. En in Mattheus 24 vers 29 lezen wij: en terstond na de verdrukking dier dagen, zal de zon verduisterd worden, en de maan zal haar schijnsel niet geven, en de sterren zullen van de hemel vallen, en de krachten der hemelen zullen bewogen worden." Dit zal zijn tijdens de Grote Verdrukking in de laatste dagen van Israel zie ook Handelingen 2: 17-20.  Deze teksten verwijzen naar Meteoriet inslagen en niet naar vaste sterren die duizenden keren zwaarder zijn dan de aarde. In 2 Petrus 1 vers 19 spreekt de Bijbel over een morgenster en dit kan verwijzen naar planeten zoals Jupiter en Venus. De Zon wordt 165 keer genoemd in de Bijbel en de Maan 61 keer. De Zon en Maan worden figuurlijk gebruikt in verschillende plaatsen in de Schriften: Genesis 37 vers 9 dit i.v.m. de droom die Jozef droomde, Psalm 84 vers 11, Maleachi 4 vers 2, Johannes 1 vers 9. In Genesis 1 vers 14 en 15 lezen wij: En God zeide; Dar er lichten zijn in het uitspansel des hemels, om scheiding te maken tussen de dag en tussen de nacht; en dat zij zijn tot tekenen en tot gezette tijden, en tot dagen en jaren. En dat zij zijn tot lichten in het uitspansel des hemels, om licht te geven op de aarde! En het was alzo.  Dus beste lezer we zien dus dat van de beginne af aan de Zon en de Maan  de basis waren van herkenning van de dag, de maand en het jaar. 

Sterrenstelsels

Met het menselijk oog kunnen niet meer dan 2000 verschillende sterren van elkaar onderscheiden worden. De vroegere Hebreeen moeten hebben verstaan dat de korrelige lichtband die de hemel omringt welke wij het Melkwegstelsel noemen, bestond uit talloze sterren. Deze zijn te zwak en te ver weg om individueel te onderscheiden. Het getal der sterren is gelijk de zandkorrels van de zee. In Genesis 15 vers 5 zegt God tegen Abraham het volgende: Toen leidde Hij hem uit naar buiten en zeide: Ziet nu op naar de hemel, en tel de sterren, indien gij ze tellen kunt; en Hij zeide tot hem: Zo zal uw zaad zijn. En in het volgende vers 6 lezen wij: En hij geloofde in de Heere; en Hij rekende het hem tot gerechtigheid" In I Korinthe 15 vers 41 lezen wij het volgende: Een andere is de heerlijkheid der zon, en een andere is de heerlijkheid der maan, en een andere is de heerlijkheid der sterren; want de ene ster verschilt in heerlijkheid van de andere ster.  Waarom God de sterrenstelsels geschapen heeft dus het gehele heelal is om te laten zien zijn almacht, kracht en grootheid. De omvang van ons melkwegstelsel is ongeveer 100, 000 lichtjaren in diameter. Een lichtjaar is 5,865,906,000,000 mijl. Het feit dat er miljoenen van deze andere sterrenstelsels bestaan verspreid over ondenkbare afstanden van elkaar voor zover  de mens in staat is te onderzoeken in de ruimte. Zoals de Schrift laat zien en zegt dat de sterren niet geteld kunnen worden.